A website by War Heritage Institute

Historisch overzicht

Historisch overzicht

Van Fort tot gevangenenkamp

Het Fort van Breendonk dateert uit het begin van de 20ste eeuw. Het betonnen pantserfort maakt deel uit van een fortengordel rond de strategisch gelegen havenstad Antwerpen. Tijdens de Eerste Wereldoorlog wordt het van 1 tot 8 oktober 1914  zwaar beschoten en omsingeld door Duitse troepen. Uiteindelijk geeft het zich als één van de laatste forten rond Antwerpen over, waarna Antwerpen door de Duitsers wordt ingenomen.

Tussen de twee wereldoorlogen blijft het Fort een militair kwartier. Als de Tweede Wereldoorlog uitbreekt, neemt de Belgische Koning Leopold III er van 9 tot 18 mei 1940 zijn intrek. In die dagen fungeert het Fort als het hoofdkwartier van de generale staf van het Belgische leger.

Zijn gruwelijke reputatie krijgt het Fort van Breendonk in de Tweede Wereldoorlog. De Duitse bezetter richt er een ‘Auffanglager’ in, een gevangenis die gebruikt wordt als opvangkamp voor hoofdzakelijk politieke gevangenen. De SIPO-SD, de politie van de SS, sluit er van september 1940 tot en met augustus 1944 ongeveer 3600 mensen op van zo’n 20 verschillende nationaliteiten.

In het eerste bezettingsjaar bestaat ongeveer de helft van de gevangenen uit Joden. De meesten van hen verdwijnen in 1942 uit Breendonk, wanneer de Duitse bezetter de Kazerne Dossin in Mechelen in gebruik neemt als ‘Sammellager’, een verzamelkamp van waaruit Joden, Roma en Sinti op transport naar de concentratiekampen worden gezet. 

Het regime in Breendonk is hoogst gewelddadig. Gevangenen worden van bij hun aankomst in het kamp onderworpen aan vernedering, slagen, dwangarbeid, ondervoeding en foltering. Een nadeel daarbij is de kleinschaligheid van het Auffanglager: het aantal gevangenen bedraagt nooit meer dan 6 à 700. In Breendonk is het onmogelijk om zelfs maar even aan de aandacht van de Duitse of Vlaamse bewakers te ontsnappen. Verdwijnen in de massa, zoals in grote kampen, is in Breendonk niet mogelijk.

Een groot deel van de gevangenen van Breendonk wordt na verloop van tijd gedeporteerd naar andere kampen: Auschwitz, Buchenwald, Dora, Mauthausen, Sachsenhausen, Vught,... Breendonk wordt dan een 'Durchgangslager' (doorgangskamp), bestemd voor een tijdelijke internering van 'Reichsfeindliche Elementen' (vijanden van het Rijk), in afwachting van hun deportatie naar het buitenland.

Slechts ongeveer de helft van alle gevangenen zou de oorlog overleven. In Breendonk komen minstens 101 mensen om door ondervoeding, mishandeling of dwangarbeid. Enkele honderden gevangenen worden in Breendonk zelf opgehangen of geëxecuteerd, meestal als gijzelaar.

 

Van gevangenenkamp tot memoriaal

Op 4 september 1944, tijdens de bevrijding, treffen de Britten een verlaten kamp aan. Ze brengen er tijdelijk Duitse krijgsgevangenen onder. Vrij snel daarna wordt het voormalige Fort opnieuw gebruikt als kamp. Verzetsstrijders sluiten er gedurende de volgende weken ca. 750 vermeende collaborateurs in op. Ook in deze periode, gekend als ‘Breendonk II’, gaan bewakers zich te buiten aan excessen. Op 11 oktober 1944 wordt Breendonk opnieuw ontruimd. De laatste 'incivieken' worden overgebracht naar Mechelen. Het Fort wordt nu een officiële gevangenis van de Belgische Staat, die op 17 juni 1947 definitief haar deuren sluit.

Onmiddellijk na de oorlog gaan stemmen op om van Breendonk een museum te maken, een bedevaartsoord of monument. In de zomer van 1947 wordt de site uitgeroepen tot Nationaal Gedenkteken van het Fort van Breendonk. Vandaag is Breendonk één van de best bewaarde kampen van Europa en maakt het deel uit van het War Heritage Institute.

Gang Breendonk